In juni 2024 dienden de drie beroepsfederaties in de transport- en logistieke sector een verzoek tot nietigverklaring in tegen de in december 2023 gepubliceerde wetgeving, die heel wat extra verplichtingen oplegt aan de aanbieders van postdiensten.
Dit verzoek tot nietigverklaring had betrekking op nieuwe verplichtingen die door de Postwet werden ingevoerd:
- De tijdsregistratie
- De kennisgevings - en rappportageverplichtingen
- De minimumvergoeding
- Het vermoeden van aansprakelijkheid
Het Grondwettelijk Hof verwierp het verzoek op alle 4 de punten. Enkel wat het vermoeden van aansprakelijkheid betreft, maakt het Hof een voorbehoud. De omstreden wetgeving blijft dus bestaan.
Het persbericht van het Grondwettelijk Hof, met daarin de beknopte samenvatting van haar argumenten, kan je hier vinden Het volledige arrest vind je hier terug.
Regeerakkoord
Het beroep tot nietigverklaring werd ingediend voordat de huidige regering werd gevormd. De Arizona regering voorziet in haar regeerakkoord wel een passage waarin aangekondigd wordt dat er een evaluatie zal komen van de wetgeving. De regering kondigde ook aan dat overbodige regels zullen geschrapt worden en dat de administratieve overlast tot een absoluut minimum zal beperkt worden.
TLV zal, samen met de overige beroepsfederaties, de bevoegde minister Matz contacteren om de verdere uitwerking van het regeerakkoord zo snel mogelijk te bespreken en tot uitvoering te brengen.
Uitstel
Begin februari communiceerde de RSZ dat zowel het definitieve systeem van tijdsregistratie als de ketenaangifte alvast tot minstens november 2025 uitgesteld zijn. De overige verplichtingen blijven (voorlopig) wel van toepassing